1header_hansvervoort.jpg - Het land van de glimlach

Welkom op de website van Hans Vervoort

Het land van de glimlach

Ter voorbereiding van een bezoek aan Thailand probeer ik veel te glimlachen. De Thai doen dat de hele dag door en als toerist moet je je aanpassen, vind ik.
Waarom wordt er eigenlijk in Aziatische landen zoveel geglimlacht? Veel reden bestaat daar eigenlijk niet voor als je voor een habbekrats lange werkdagen maakt en in een gammele hut woont. En mooi is die glimlach vaak ook niet. Wie geregeld naar het programma Spoorloos kijkt weet dat de Aziatische geboortemoeder die na een lange en zweterige tocht gevonden wordt meestal een schrikbarend aantal tanden mist in haar blijde glimlach.  
Op onderzoek naar de redenen voor de veelvuldige Aziatische glimlach kom ik op internet niet veel tegen. Alle reisbureaus geven er hoog van op, maar een verklaring ho maar.
Wel zie ik een verontrustend onderzoek van de Japanse psychiater Makoto Natsume. Het schijnt dat veel Japanse vrouwen die in de dienstverlenende sectoren werken contractueel verplicht worden permanent te glimlachen. Die perma-lach kan tot depressies leiden, constateerde de psychiater en geeft ook RSI-klachten.
Gelukkig vind ik in mijn reisgids dat ze in Thailand allerlei soorten glimlach hebben, zodat de gezichtsspieren gevarieerd gebruikt worden. Geen lippen-RSI in het land van de veelvoudige Thaise glimlach.
Standaard is de Yim tak tai ofwel de beleefde glimlach. Maar soms doet de Thai een feun yim, als hij eigenlijk niet wil glimlachen, maar zich gedwongen voelt dat te doen. Als ik weet hoe het moet wordt de feun yim vermoedelijk mijn favoriete eigen glimlach in Thailand. Ook aantrekkelijk om te oefenen lijkt me de yim cheuat cheuan, de winnaars-glimlach. Maar wat te denken van de yim sao, de glimlach die droefheid verbergt. En de yim yor, de glimlach waarmee je iemand bespot?
Zo zijn er tenminste een dozijn verschillende glimlachen waar een Thaise man of vrouw je op kan trakteren. Het valt voor de toerist niet mee onderscheid te maken tussen die verschillende soorten glimlach, waarschuwt de reisgids. Daar maak ik me eigenlijk geen zorgen over. Of een Thai bezig is me te bespotten of zich de winnaar in ons contact vindt, mijn zegen heeft hij. Wel ga ik op zoek naar de details van de Yim mee lay-nai, de glimlach die aankondigt dat je belazerd gaat worden. Als ik die glimlach leer te herkennen kan dat een hoop euro-baht schelen.
Het grootste risico bij het reizen in Thailand lijkt me dat de Thai natuurlijk denken dat hun glimlachtaal universeel is. Ze zullen de glimlach van de toerist dan ook ongetwijfeld met die sleutel vertalen. Het meest zorgen maak ik me daarom over de vraag hoe de Thai die ene glimlach die ik in mijn mars heb zullen interpreteren. Heb ik misschien zonder het te weten een yim tak than-glimlach die zoveel wil zeggen als: zie je wel dat ik gelijk heb? En wat zal er gebeuren als ik straks in Thailand hele dagen met die irritante glimlach rondloop?
Toch eens gaan uitzoeken hoe het staat met het geduld van de Thai.

 

Deze column verscheen in het tijdschrift East (2011-4),