1header_hansvervoort.jpg - Doctorandus P. - Zeden en onzeden (1974)

Welkom op de website van Hans Vervoort

Doctorandus P. - Zeden en onzeden (1974)

 

Rederijkersstuntje van een droogkomiek

 

Veel te weinig komt hij op het scherm, Drs P.
Het liedje 'Heen en Weer' heb ik hem helaas maar een paar keer zien doen, schutterig heen en weer bewegend en handen en voeten optillend waar dat in het verband van de tekst al dan niet nodig zou kunnen zijn. Een droog heer, die zichzelf met veel plezier te kakken zet en in die rol een voortreffelijke tegenvoeter van Sjefke van Oekel is.
Sjefke is een marionet van Wim Schippers, Drs P. manipuleert zichzelf en is daardoor toch wel een klasse apart. Behalve cabaretier is Drs P. ook de schrijver Geo Staad, die 10 jaar geleden een boekje met reisindrukken uitgaf: Zuid-Amerika, Japan, Indonesië, China, maar vooral Zuid-Amerika. Dat boekje heeft destijds kennelijk niet goed gelopen (en wordt daarom nu met Drs P. als schrijver opnieuw uitgebracht) en dat kan ik me wel voorstellen omdat je Drs P. gezien en gehoord moet hebben om de stijl te kunnen waarderen. Drs P. vertikt het namelijk ten ene male om van enige emotie blijk te geven, en dus gebruikte Geo Staad ook zeer koele methoden voor het beschrijven van het toeristisch beleven. Wie Drs P. In het 'Gat van Nederland' een bezoek aan Brussel heeft zien afleggen, kan ongeveer vermoeden hoe zijn reisbeschrijvingen zich laten lezen: de wereld is een schouwtoneel, elk speelt zijn part, ik neem niet deel.
Zijn standaardprocedure bij het bezoeken van een land is een wandelingetje of een tochtje, betrekkelijk willekeurig uitgezocht, en dan snel op zoek naar de hoeren.
De tochtjes leveren soms aardige overpeinzingen op, lukt dat niet dan zijn er altijd nog de dames van plezier waarover geschreven kan worden.
Omdat P. een heer is en het geen pas geeft te beschrijven hoe je je nu eigenlijk voelt, hebben die betaalde vrij-partijtjes altijd iets onwezenlijks. Soms kiest hij de vrolijke studentikoze vorm en dan heb je de neiging om te kokhalzen:

'De aanhef van onze letterkundige oefening werd uiteraard gedramatiseerd door mijn staand vers. Ruwe tongen speken van 'knuppelvers', eierboeren van 'kakelvers', hetgeen absurd is. Staand of mannelijk vers dus. Maar genoeg hierover. Ik wil liever wijzen op de prachtige structuur van Carmen: haar verrukkelijke rondelen, haar niet bepluimde maar welgevormde épopee, al die heffingen en dalingen, de heldere echo van haar kroezig hoofdhaar en aan de voet van de zangberg de caesuur. We begonnen logischerwijs met het gepaard rijm, probeerden toen het gekruist rijm (maar daarvoor bleek de spondeus, hoe gerieflijk ook, te smal) gingen over op het omvattend rijm en bereikten zo het eindrijm. Carmen toonde een perfect maat- en stijlgevoel.'

Dit rederijkersstuntje wordt afgerond met een overzicht van de hotelrekening. Beter verteerbaar zijn de teksten als Drs P. afziet van tierelantijnen en zich rechtstreeks als de koelbloedige egoïst manifesteert die hij kennelijk zo graag wil zijn:

'(...) Ik was tevreden. Nu nog een juffrouw. Er was ruime keuze, dat wel, maar niemand van mijn gading; ik rekende af en ging verderop. (...) Daar zag ik een gelegenheid die me aanstond. Pension Luca. Er speelde een trio en ik vond nog een vrij tafeltje, en een vriendelijk koffiekleurig meisje, Morena Josefina. Wachtend tot een van de pensionkamers ter beschikking kwam, hadden we tijd om iets te gebruiken. Ze nam een ponche, dat is sinaasappelsap met een geklutst ei. Het klinkt griezelig, maar ik heb het geproefd en het is te drinken. Toen kwam men ons waarschuwen. (...) We hielden het op een bedaard harmonicanummer (vrouw op rug in Z-houding) waarmee ik de zeven Colón, vijf voor de pret en twee voor het bed, goed besteed achtte.'

Een weerbarstig boekje van een excentriek tiep.

Deze recensie verscheen eerder in Vrij Nederland (12-10-1974).